Na een bezoekje gebracht te hebben aan
de Humanities Rally is het me goed duidelijk geworden dat er
enerzijds veel opwinding is ontstaan onder studenten over de
aankomende plannen om de geesteswetenschappen drastisch te hervormen.
Aan de andere kant realiseer ik me ook dat die opwinding niet meer
dan terecht is en dat de manier waarop er nu gereageerd wordt
eigenlijk nog vrij gematigd is.
Tijdens de vergadering werden ook een
aantal internationale studenten gehoord die vertelden dat
soortgelijke plannen op het program stonden bij hun universiteit en
dat zij tegen dezelfde problemen opliepen. Dit geeft meteen de ernst
van de zaak een stuk beter weer dan had kunnen blijken uit de brief
van de UvA-decaan Frank van Vree.
Want het is natuurlijk jammer dat de
geesteswetenschappen ernstig zouden verkeuvelen in Amsterdam en dat
daarmee de kleine talen niet meer geleerd zouden kunnen worden aan
een universiteit in Nederland. Maar wat nog veel erger is, is dat het
gaat om een internationale trend waarbij de geesteswetenschappen
stelselmatig achtergesteld wordt om diverse redenen: het levert geen
geld op, alumni zouden niet makkelijk aan een baan kunnen komen, en ga zo maar
door.
Het lijkt er bijna op dat er meer aandacht besteed wordt aan
het ontkennen van het nut van de humanities dan dat er gekeken wordt
wat de geesteswetenschappen daadwerkelijk bijdragen.
Dit levert niet alleen een onzinnige
discussie op waarbij de geesteswetenschappen, en de daarbij behorende
geesteswetenschapper, zichzelf continue moeten verantwoorden, maar
zorgt er ook voor dat er een vicieuze cirkel in gang gezet wordt.
Het begint ermee dat de
geesteswetenschappen weinig aanzien genieten en minder financiële
middelen tot hun beschikking hebben. Doordat er maar beperkte
middelen voor handen zijn, kan men het onderwijs maar tot een bepaald
niveau tillen. Er zijn beperkte PhD-posities, docenten hebben het
ontzettend druk en er is dus automatisch minder tijd voor verdieping.
Er moet steeds meer samengegooid
worden, om het geheel nog enigszins rendabel te maken, en daardoor
wordt alles oppervlakkiger (en kun je uiteindelijk met je studie
steeds minder). Dus om daar voor te compenseren wordt er nog meer bij
elkaar gegooid, om de boel rendabel te houden (en kun je nóg minder met
je studie).
Die vicieuze cirkel moet verbroken
worden. De hervormingen gingen in eerste instantie stapsgewijs, van
8-8-4 naar massale hoorcolleges (die goedkoop zijn), tot de
drastische hervorming die nu voor de deur staat. Uiteindelijk is het
een stap te ver en dat schiet bij velen in het verkeerde keelgat.
Want waar sommigen nog begrip op kunnen brengen voor het feit dat er
ook wat geld verdiend moet worden, staat vrijwel niemand sympathiek
tegenover het idee dat alles wat de geesteswetenschappen uniek maakt
overboord wordt gegooid.
De hervormingen op de UvA zijn,
eigenlijk, maar een praktisch gevolg van iets wat al veel langer aan
de gang is. Namelijk een versobering van het onderwijs en een focus
op monetair kapitaal, terwijl taal, zoals genoemd in een ander
artikel, absoluut ook kapitaal is. Ik ga hier geen woorden vuil maken
aan het verantwoorden van de geesteswetenschappen in het algemeen en
talen in het bijzonder. De humanities hebben al te lang in het
beklaagdenbankje gezeten en zichzelf moeten verdedigen.
Het moment is nu gekomen om in de
aanval te gaan om niet alleen te voorkomen dat deze verandering in de
UvA wordt doorgevoerd, maar er ook voor te zorgen dat de
geesteswetenschappen binnen Nederland beschermd wordt en weer aanzien
geniet. Daarnaast is het zaak om dit ook op internationaal niveau aan
te kaarten, want zij zijn niet de enigen, maar dat betekent gelukkig
dus ook
dat we niet alleen staan.

Geen opmerkingen:
Een reactie posten